Vervreemdend, fascinerend en prikkelend. Met die woorden zou je het werk van Hans den Haan kunnen typeren. Hoe langer je kijkt, hoe meer je ontdekt en hoe intrigerender het wordt.

Hans den Haan tekent en schildert al zijn hele leven. Als 20-jarige kreeg hij op de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam les van de bekende schilder Herman Gordijn, die hem de technieken van het schilderen in olieverf bijbracht. Ook volgde hij daar modeltekenen.

Vanuit deze klassieke, solide basis is hij zijn eigen stijl gaan ontwikkelen. Hoewel hij aanvankelijk realistisch schilderde, sloop als vanzelf het surrealisme in zijn werk. De voorstellingen van Hans worden bevolkt door mensen, dieren en voorwerpen die op zichzelf herkenbaar zijn, maar in combinatie met elkaar en met gefantaseerde mechanische constructies bijzonder vervreemdend zijn.

“Hoe bedenk je je voorstellingen?” en “Wat bedoel je ermee?” zijn de vragen die hem steeds weer gesteld worden en waarop hij het antwoord schuldig moet blijven.